Wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert
Om de doelen in deze begroting te realiseren heeft de gemeente Lingewaard de voorkeur voor het voeren van een faciliterend grondbeleid. Als dit in de gegeven omstandigheden wenselijk is, neemt de gemeente een regisserende rol aan. Indien dit noodzakelijk is, neemt de gemeente een actieve vorm aan.
Afwijken van de genoemde voorkeursroute is mogelijk en moet worden onderbouwd aan de hand van inputfactoren (maatschappelijk) belang van de ontwikkeling, mate waarin marktpartijen de ontwikkeling zelfstandig ter hand willen nemen, eigendomspositie, inschatting risicoprofiel, winstverwachting, de aanwezige financiële middelen en beschikbare capaciteit, kennis en kunde. [1]
Deze voorkeursroute sluit aan op het beeld van de gemeente Lingewaard over de rol van de overheid bij gebiedsontwikkeling. De gemeente kiest er niet voor om vooraf en risicodragend zelfstandig plannen te ontwikkelen waarna zij deze ook uitvoert. Maar de gemeente stelt kaders en nodigt marktpartijen uit om goede voorstellen in te dienen die passen binnen deze kaders. Komen marktpartijen zelf met die goede voorstellen, dan is een uitnodiging niet nodig en is een faciliterende rol voldoende. Hiermee wordt duidelijk dat de gemeente Lingewaard de rol van de gemeente niet ziet als die van ondernemer.
Op dit moment hebben we vijf complexen waar we een actieve rol hebben aangenomen. We hebben twee actieve complexen voor woningbouw. Verder hebben we een actief complex voor glastuinbouw en twee actieve complexen voor bedrijventerreinen.
De wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert geven wij hieronder per programma in hoofdlijnen weer.
Programma 2. Verkeer, vervoer en waterstaat
Voor het bereiken van de in dit programma opgenomen doelen kan het noodzakelijk zijn om in 2023 gronden aan te kopen. Het uitgangspunt is minnelijk aankoop. Lukt dit niet dan zetten wij het onteigeningsinstrument in.
Programma 3. Economie
Glastuinbouwkavels
De acquisitie via onder andere sociale media, de website van NEXTgarden en het inschakelen van verkoopmakelaars wordt voortgezet met als doel om in 2023 kavels in het glastuinbouwgebied te verkopen. Daarnaast wordt planeconomische inzet geleverd aan de planontwikkeling voor uitbreidingsruimte van Agropark III binnen het gebied van NEXTgarden.
Programma 5. Sport, cultuur en recreatie
Park Lingezegen
In 2023 begeleiden we ook nieuwe (particuliere) initiatieven. Als er bij een initiatief sprake is van een bouwplan in de zin van het Omgevingsbesluit, dan verhalen we onze kosten via een anterieure overeenkomst. In deze anterieure overeenkomst leggen we ook de locatie eisen vast. Lukt dat niet, dan verhalen we onze kosten via een kostenverhaalbeschikking.
Programma 7. Volksgezondheid en milieu
Versterken biodiversiteit
In de pachtovereenkomsten en gebruiksovereenkomsten voor agrarische grond leggen we vast dat de akkerranden met een bij-vriendelijk bloemenmengsel wordt ingezaaid.
Programma 8. Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
Groen en speelruimtes
In wijken, waar nog nieuwbouw plaatsvindt, maken we afspraken in de anterieure overeenkomsten over de aanleg van groen en speelruimte.
Verrommeling buitengebied/binnengebied
Bij functieverandering nemen we een faciliterende rol aan. We verhalen onze kosten via een anterieure overeenkomst. Lukt dit niet, dan verhalen we onze kosten via een kostenverhaalbeschikking. We maken in de anterieure overeenkomsten afspraken over een bijdrage aan het Landschapsfonds Lingewaard.
Woningbouwlocaties
Bij nieuwe woningbouwontwikkelingen verhalen we onze kosten via een anterieure overeenkomst. Lukt dit niet, dan verhalen we onze kosten via een kostenverhaalbeschikking.
Meewerken aan particuliere initiatieven
In 2023 begeleiden we ook nieuwe (particuliere) initiatieven. Als er bij een initiatief sprake is van een bouwplan in de zin van het Omgevingsbesluit, dan verhalen we onze kosten via een anterieure overeenkomst. Lukt die niet, dan verhalen we onze kosten via een kostenverhaalbeschikking.
[1] Nota Grondbeleid 2013 gemeente Lingewaard, d.d. 4 september 2013 paragraaf 3.3. p 27 - 28.